Dit stuk is als eerst ingestuurd naar het intern bulletin van de Socialisten, en is gepubliceerd in het achtste intern bulletin, wij publiceren het ook hier omdat wij graag een goede discussie zien over de vorm van het programma van de Socialisten, en we daar zo aan bijdragen.
In dit korte stuk zetten we uiteen hoe wij het minimumprogramma voor ons zien. Allereerst kan worden benoemd dat een socialistisch programma altijd een aantal uiteenlopende functies heeft. Ten eerste is het een duurzaam politiek programma dat de basis van ons politiek handelen vormt. Uiteindelijk moet de partij het verzamelpunt worden van de arbeidersbeweging, daarom bepaalt het programma in de kiem hoe onze organisatie en de bredere arbeidersbeweging eruit zal gaan zien. Daarnaast stelt een programma alle leden van de vereniging in staat om de leiding ter verantwoording te roepen. Zonder document waarin de fundamenten van onze politiek staan beschreven is er ook geen machtscontrole op de inhoud mogelijk.
De doelstelling van het minimumprogramma is om de werkende klasse als geheel aan de macht te brengen. Het is een verzameling eisen waarmee wij denken de macht van het kapitaal permanent te breken. Het minimumprogramma beschrijft hoe we gaan zorgen dat de arbeidersklasse als collectief kan beslissen over de politiek en de economie. Elke individuele eis in het minimumprogramma is concreet geformuleerd, zodat we onmiddellijk voor zijn realisering kunnen strijden.
Onderscheidend voor onze visie op het minimumprogramma is dat het geheel aan minimumeisen de basis vormt waarop we de politieke machtsovername van de werkende klasse realiseren. Zonder deze voorwaarden kan de arbeidersklasse geen politieke macht hebben. Daarom is het minimumprogramma ook de minimale basis waarop we zouden kunnen deelnemen aan een regering. Regeringen die ons minimumprogramma in het geheel tegenwerken zijn tegen arbeidersmacht, dus tegen de zeggenschap van de grote meerderheid van de bevolking. Tot die tijd dat we het programma kunnen uitvoeren maken we daarom de principiële keuze voor de oppositie.
Vanuit die oppositie moet gestreden worden voor eisen die de materiële en organisatorische positie en de politieke macht van de werkende klasse versterken. Die versterking is nodig voor de (her)opbouw van een onafhankelijke arbeidersbeweging voor het socialisme en om de uiteindelijke politieke machtsovername door de werkende klasse mogelijk te maken. Onder dergelijke eisen valt niet alleen het versterken van bestaande organisaties zoals vakbonden, maar ook coöperatieven, culturele initiatieven en andere vormen van zelforganisatie door arbeiders. Samen vormen deze organisaties de eerste aanzet tot arbeidersmacht binnen de kapitalistische samenleving en helpen met ervaring opdoen in zelfbestuur.
De rol van de staat heeft een centrale rol in het minimumprogramma omdat de kapitalistenklasse haar macht in de maatschappij daaraan ontleent. Vanuit het staatsapparaat wordt de economische macht van kapitaal ondersteund, gefaciliteerd en waar nodig met geweld bevestigd. De vorm die in Nederland heerst is die van de zogenaamde rechtsstaat, die vooral steunt op het ‘recht’ van kapitaal om de samenleving en de natuur uit te buiten voor eigen gewin, en de zeggenschap van de arbeidersklasse inperkt. Dit betekent dus dat we een visie moeten hebben over het leger, verkiezingen, herroepbaarheid, rechters enz.
We moeten duidelijk zijn over wat er nodig is om te zorgen dat de arbeidersklasse haar eigen beslissingen kan maken. Dit is geen kwestie van radicalisme. De ervaring van de afgelopen jaren bevestigt dit. Syriza kwam in Griekenland aan de macht met relatief gematigde eisen en werd door de Europese Unie (EU) gechanteerd tot zij bogen voor de politiek van de Trojka, de afgevaardigden van de EU die onderhandelden over noodsteun in ruil voor bezuinigingen. Corbyn voerde in het Verenigd Koninkrijk campagne met relatief gematigde sociaal democratische eisen. Dit leidde tot een jarenlange lastercampagne waarin uiteindelijk het frame van antisemitisme de meest succesvolle was. Op nog grotere schaal hebben we vaker gezien dat “gematigde” linkse regeringen met interventie en staatsgrepen op de knieën zijn gebracht. Het vraagstuk van de staat uit de weg gaan, uit angst voor ‘radicalisme’, leidt er niet toe dat we salonfähig worden, of sneller ons doel bereiken. Het gaat enkel leiden tot een oncontroleerbare, niet-principiële politiek die niet de overgang naar het socialisme kan realiseren, en makkelijk ondermijnd kan worden.
Aansluiten bij een gepercipieerde meerderheid of populaire standpunten zijn niet een afsnij-route naar politieke winst, maar belemmeren juist de bewegingsvrijheid van de partij. De Socialistische Partij (SP) laat bijvoorbeeld uit vergelijkbare overwegingen het partijprogramma doorrekenen door het CPB. Daardoor moeten zij conformeren aan de neoliberale modellen van dit instituut, en moeten zich dus verdedigen binnen de kaders van de bestaande orde. Dit zorgt ervoor dat de partij zich in bochten moet wringen en daardoor ongeloofwaardig overkomt. Bijvoorbeeld door een Nationaal Zorgfonds voor te stellen dat zich tot de markt moet verhouden, in plaats van functioneren in de context van socialisering en onteigening. Daardoor ontstaat de situatie waarin voorstellen ofwel te gematigd zijn voor substantiële maatschappelijke verandering, ofwel te radicaal om binnen de bestaande orde te passen.
Verder lezen
- Alembic, Jos, ‘Geef de SP haar hart terug’, Communistisch Platform (2015) https://communisme.nu/artikelen/2015/02/01/geef-de-sp-haar-hart-terug/.
- Communistisch Platform, Kompas: een voorstel programma voor de arbeidersklasse (2021), https://communisme.nu/programma/..
- ———, ‘Reactie van het CP-bestuur op de vragen vanuit de Socialisten-conferentie’, Communistisch Platform (2022) https://communisme.nu/artikelen/2022/08/06/reactie-van-het-cp-bestuur-op-de-vragen-vanuit-de-socialisten-conferentie/.
- Hoogstraten, Richard, ‘Het programma van de SP tussen opportunisme en principe’, Communistisch Platform (2020) https://communisme.nu/van-het-platform/2020/09/24/het-programma-van-de-sp-tussen-opportunisme-en-principe/.
- Parkinson, Donald, ‘The Revolutionary Minimum-Maximum Program’, Cosmonaut (2021), https://cosmonautmag.com/2021/05/the-revolutionary-minimum-maximum-program.
- Parkinson, Donald (vert. Gus Ootjers), ‘Het revolutionaire minimum-maximumprogramma’, Communistisch Platform (2022), https://communisme.nu/artikelen/2022/07/10/het-revolutionaire-minimum-maximumprogramma/.
- van Vliet, Cornelis, ‘Een overgang naar niets’, Communistisch Platform (2020) https://communisme.nu/artikelen/2020/05/15/een-overgang-naar-niets/.