Punt 6: De bevrijding van de arbeidersklasse is de bevrijding van de mensheid als geheel zonder onderscheid van huidskleur of geslacht. De bevrijding van de arbeidersklasse ligt in de socialisatie van de productiemiddelen. Alleen met het gemeenschappelijk bezit van de productiemiddelen kan de communistische maatschappij op basis van “van ieder naar zijn mogelijkheden, aan ieder naar zijn behoeften” bestaan.
Bobby Siecker
De 20e eeuw heeft veel grote bewegingen gezien op het gebied van de emancipatie van de vrouw, bewegingen tegen raciaal separatisme als ook de verbetering van de toestand van de arbeidersklasse in het algemeen. Ten opzichten van voorgaande eeuwen is de positie van de vrouw hiermee enorm verbeterd en heeft het racisme uit het koloniale verleden veel terrein verloren. Ook de sociale positie van niet-heteroseksuelen is met name in West-Europa erg verbeterd. Toch zien we vandaag de dag nog steeds de tendens van gemiddeld lagere lonen voor vrouwen ten opzichte van mannen voor hetzelfde werk, blijven xenofobe en racistische sentimenten sluimeren en worden anders-seksuelen vaak nog buitengesloten of agressief bejegend.
In punt vier, “de lange kijk op de geschiedenis”, hadden we het al kort over de rol van de vrouw en hoe ‘cultuur’ daarin tot relatie staat. Ook over de holebi strijd zijn boeken vol te schrijven. Ik richt me in dit artikel echter op racisme, xenofobie en gerelateerde zaken. Deze houding kan, denk ik, breder worden gebruikt op tal van terreinen.
Xenofobie en racisme
Het woord “racisme” wordt vandaag de dag te pas en te onpas gebruikt. Echt ‘wetenschappelijk’ racisme – in de zin van de ‘rassenleer’ van het einde van de 19e en begin 20e eeuw – bestaat nauwelijks nog. Waar we vooral mee te maken hebben is culturele xenofobie zoals islamofobie of de angst dat er hordes oost-Europeanen aan de grens staan om ons allemaal te overspoelen. Rechtse populisten zoals Wilders en Dewinter halen vooral populariteit op hun xenofobe posities ten opzichten van Marokkanen. Het sentiment onder hun electoraat bestaat vooral uit irritaties voortkomende uit asociaal gedrag van sommige lagen Marokkaanse jongeren, alsook de achterdocht die bestaat jegens de Islam. Meestal worden problemen rondom Marokkaanse jongeren dan ook afgeschoven op het idee dat de Marokkaanse cultuur en de Islam een ‘achterlijke cultuur’ is die niet past in het Nederland van de 21e eeuw. Het idee dat Marokkanen een apart ras zijn, en dat hun gedrag dan ook veroorzaakt wordt door genetica, wordt dan ook – terecht – over het algemeen als absurd ervaren.
Desalniettemin wordt er binnen links de retoriek gevoerd dat xenofobe sentimenten en racisme één en hetzelfde zijn1. Hiermee vervreemd links zich echter vaak van de lagen van de bevolking die zich deze sentimenten zijn aangedaan. Vaak voelen mensen zich niet aangesproken als er antiracisme campagnes worden gevoerd. Of voelen ze zich verkeerd begrepen als ze als racistisch bestempeld worden. Het is van belang dat we ons niet verliezen in deze retoriek “racisme” versus “antiracisme”.
De xenofobe sentimenten zijn heel reëel bij veel mensen, en moeten dus niet zomaar aan de kant worden gezet als “racistisch”. Het is zaak om de onderliggende oorzaken van deze sentimenten aan te pakken in plaats van symptoombestrijding in de vorm van de zoveelste ‘antiracisme’ actie.
Wat is de oorsprong van xenofobie onder de arbeidersklasse?
De belangrijkste oorzaak van xenofobie is en blijft economisch. Gezien het feit dat de arbeid zichzelf op de markt verkoopt, komt arbeid onderling in concurrentie te staan. Het is in het belang van het kapitaal om middels deze concurrentiestrijd de arbeidskosten zoveel mogelijk te drukken. Daarom wordt migrantenarbeid vaak in de eerste instantie verwelkomd. Onder het voorwendsel dat migrantenarbeid nodig is om het werk te kunnen doen wat de oorspronkelijke bevolking niet ‘wil’ doen wordt ook nog eens de “schuld” van de verscherpte concurrentie op de banenmarkt in de schoenen van de ‘inheemse’ arbeidersklasse zelf geschoven. Het tegenovergestelde is echter waar. Het kapitaal heeft geen zin om de looneisen van de ‘inheemse’ arbeidersklasse in te willigen, en zoekt daarom elders naar goedkopere arbeid. De migrantenarbeid wordt vervolgens geschuwd door de ‘inheemse’ arbeiders en word gedwongen lage lonen te accepteren.
Het gevolg is dat migrantenarbeiders vaak geïsoleerd raken van de rest van de maatschappij, en door hun relatief lage inkomen eerder in het criminele circuit terecht komen. Dit verklaart waarom migrantenarbeid vaak als “onaangepast”, “asociaal” en “crimineel” wordt ervaren.
Verdeel en heers en de multiculturele samenleving
Naast het verscherpen van de concurrentie op de arbeidsmarkt wordt migrantenarbeid ook gebruikt om verdeeldheid binnen de arbeidersklasse zelf te bevorderen. Het aloude principe van “verdeel en heers” wordt toegepast om te voorkomen dat de verschillende lagen van de arbeidersklasse verbroederen en zich aaneensluiten in de strijd voor betere arbeidsvoorwaarden en zich politiek als klasse gaat gedragen. Écht racisme is sinds de verschrikkingen van de tweede wereldoorlog geen optie meer, dus wordt met name het fenomeen van de “multiculturele samenleving” ingezet om verschillende culturele groepen te segregeren onder het mom van het “respecteren van elkaars cultuur”.
Begrijp het niet verkeerd, het samenkomen van verschillende culturele stromingen is historisch gezien één van de grootste drijfveren van de menselijke ontwikkeling. Denk bijvoorbeeld hoe Europa zich in rap tempo ontwikkelde onder invloed van handelscontacten met de Arabische wereld aan het einde van de middeleeuwen. Cultureel purisme daarentegen is een kenmerk van culturele stagnatie en zelfs achteruitgang.
Het fenomeen van de multiculturele samenleving heeft echter niet het doel interculturele symbiose te bewerkstelligen. In tegendeel, ze probeert hiermee de verschillende culturen bewust apart te houden en hun verschillen te benadrukken. Interculturele discussies worden vaak geschuwd, en zeker kritiek op elkaars culturele waarden is taboe, zelfs als “racistisch” gekenschetst. Hierdoor ontstaat vervreemding, segregatie en stagnatie.
Het communistische antwoord
Het is belangrijk dat xenofobie en racisme onder de arbeidersklasse wordt gezien als een symptoom, en niet zo zeer de bron van de problematiek waarmee we geconfronteerd worden. Speerpunt is dus een ééngemaakte strijd te voeren tegen de macht van het kapitaal, waar verbroedering binnen de arbeidersklasse het resultaat zal zijn. Eeuwig blijven hameren op hoe ‘slecht’ racisme wel niet is, is in die zin alleen maar belerend naar de ‘inheemse’ bevolking toe en contraproductief.
Dit standpunt is niet nieuw, in 1907 nam het congres in Stuttgart van de Tweede Internationale een motie aan dat expliciet opriep om migrantenarbeiders in de diverse landen te organiseren in de vakbeweging en de socialistische partijen teneinde de verdeel en heers strategie van de kapitalisten te ondermijnen en de xenofobie onder de ‘inheemse’ arbeiders te doen verdwijnen2. Vandaag de dag is er maar weinig aan die taak verandert.
Willen we de arbeidersklasse organiseren als klasse is solidariteit essentieel. Een onafhankelijke positie tegen de staat en tegen de bazen. Maar ook een oppositie tegen schijnoplossingen, zoals ‘multiculturalisme’. Alleen als we ons verenigen met een identiteit op klassebasis, kunnen we verder komen in de strijd voor de universele bevrijding van de mensheid. Een strijd die culturele verschillen niet negeert of aan de kant zet, maar juist openlijk bespreekt en bekritiseerd om zo een cultuur van de arbeidersklasse zélf te creëren.
Referenties
1. http://socialisme.nu/blog/nieuws/40669/breken-met-wilders-breken-met-racisme/
2. http://www.cpgb.org.uk/home/weekly-worker/1004/border-controls-reactionary-by-nature